Een maand geleden hebben kinderen tussen 7 en 12 jaar in tientallen scholen over heel Vlaanderen de literaire pen opgenomen. Ze kregen een voormiddag de tijd om een eigen verhaal neer te pennen. Deelnemen aan de 'wondere pluim' gebeurt vrijwillig. De wedstrijd is nu al bijna 20 jaar oud, en ontstond op initiatief van ouders van de Kleine Wereld school in Antwerpen. Ik vind het fantastisch dat kinderen zelf verhalen schrijven, want waarom vinden we het allemaal evident dat grote mensen altijd de pen vasthouden voor kinderen? Ook in het wetenschappelijk onderzoek binnen de jeugdliteratuur begint men daar meer aandacht aan te besteden. Victoria Ford Smith onderzoekt in 'Between Generations' hoe volwassenen én kinderen samenwerkten in de 19de eeuw om literaire pareltjes te maken. Marah Gubar, professor aan het MIT, hamert er op hoe we af moeten dat kinderen 'anders' zijn of 'hiërarchisch' minder zouden zijn. We moeten uitgaan van het antropologisch concept van 'kinship': children are kin. Ze zijn verwant, en we verschillen van elkaar in graad van iets te kunnen. Kinderen kunnen beter talen leren dan volwassenen, volwassenen kunnen andere dingen. Met die bril op, is het lezen van de verhalen van de 'wondere pluim' een voorrecht. Eerst lezen de ouders van elke deelnemende school, nadien kiest het organiserend comité de beste verhalen en uiteindelijk gaat een professionele jury van auteurs aan het werk. Zijn kiezen de wondere pluimen die op 9 juni feestelijk gevierd worden in het Paleis in Antwerpen.
In Londen lagen de boekhandels vol met boeken over opmerkelijke vrouwen. 8 maart was het vrouwendag en dat is veel minder onopgemerkt voorbij gegaan aan de andere kant van het kanaal dan bij ons. Ik kon niet weerstaan aan dit originele 'herstory', waarin 50 vrouwen van nu en toen worden belicht die wereld'history' schrijven. De teksten geven relevante informatie op een prikkelende wijze gebracht. De combinatie van handgeschreven quotes, foto's en tekeningen maakt het bovendien ook een fijn kijkboek. Frida Kahlo kreeg een plaats, maar ook Beatrix Potter in wie ik me deze maand verder wil verdiepen.
De aanleiding voor mijn hernieuwde interesse in Beatrix Potter was de film Peter Konijn die we vorige week met het gezin zagen. De film was een ware holywoodiaanse remake die - behalve het idyllische buitenleven - heel weinig met de originele boeken van Beatrix Potter te maken had. Hoewel de schrijfster zelf niet vies was van wat commercialisering - zij was een van de eerste die haar figuren actief mee in 'merchandising' bracht door er tassen en andere prullaria mee te bedrukken - twijfel ik eraan of ze achter deze film zou staan. Zoals dat hoe langer hoe meer het geval is, zijn de filmen voor kinderen vooral ook gericht op de ouders en moet de dual adress (het aanspreken van de kinderen op een niveau en het aanspreken van de ouders op een ander niveau) tegenwoordig overal inzitten. Alleen dreigt de slinger wel eens in de verkeerde richting te slaan. Tot mijn hilariteit ontdekte ik dat er nu ook een 'boek is op basis van de film'. Misschien draait Beatrix haar nu toch wel om in haar graf. Voor alle zekerheid lees ik haar biografie, die zal misschien inzicht brengen.
Op de kinderboekenbeurs van Bologna zijn inmiddels ook de mooiste prentenboeken geselecteerd in verschillende categorieën. Het valt op hoeveel Franse auteurs en illustratoren in de prijzen vallen. Twee pareltje toon ik hieronder. Aurélien Débat laat vijftien biggen aan de slag gaan om met zijn 'bouwblokken' een eigen huis te maken. Alex Cousseau en Charles Dutertre maakten een wonderlijk verhaal over twee mannen aan weerszijde van de oceaan. De druk is tegelijkertijd krachtig door de symmetrische vormen en dromerig door de felle kleuren.
Omdat ik 'Anything is Possible' van Strout overal tegenkom, is het alsof het boek me roept. Ik heb me laten verleiden en kocht ook de voorganger 'My name is Lucy Barton' omdat de personages in beide boeken voorkomen. Ben heel benieuwd naar de moeder-dochter relatie....
En tenslotte nog dit wetenschappelijk kleinood dat ik via Tim Parks ontdekte. Hij schrijft in zijn 'de roman als overlevingsstrategie' waarom sommige lezers een boek wel en andere lezers hetzelfde boek niet weten te appreciëren. Dat komt omdat de lezers een geschiedenis hebben, maar ook auteurs van boeken. En waneer lezers en auteurs van boeken uit gezinnen komen met dezelfde 'semantische polariteit' (vb focus op goed zijn/slecht zijn of op afhankelijkheid/onafhankelijkheid), dan verstaan ze elkaar. Omgekeerd vatten lezers van een boek waarvan de auteur in een andere semantische polariteit opgroeide, zijn ideeën en motieven niet. Het boek doet hen niets. (Dit is een beetje zwart-wit gesteld hier - het is wat genuanceerder hoor). Tim Parks haalde de mosterd bij een Italiaanse psychologe: Valeria Ugazio. ik vond het een ware eye-opener, niet alleen voor de eigen lectuur, maar ook als toepassing op de familie waarin ik leef. Eens kijken uit welke semantische polariteit ik kom...